In de jaren 2007 tot en met 2009 bevond Nederland zich in een economische crisis. Eén van de gevolgen hiervan was een daling van het consumentenvertrouwen.
Het consumentenvertrouwen wordt vastgesteld op basis van de antwoorden in een enquête op vijf vragen die gaan over het economisch klimaat en de koopbereidheid. Zie onderstaande tabel.
1 |
Eind 2009 en in 2010 is de economische situatie weer enigszins verbeterd. Volgens economen was het voor economische groei toen wel noodzakelijk dat het consumentenvertrouwen zou gaan stijgen.
In welke regel staan de verschijnselen in een zodanige volgorde dat ze de gedachtegang van deze economen goed weergeven?
|
2 |
Naast het consumentenvertrouwen is het voor de groei van de economie ook van belang dat de rente niet te veel stijgt. |
3 |
Het consumentenvertrouwen is van belang voor producenten en de detailhandel, maar het is niet voor iedereen even belangrijk. |
4 |
Eind 2010 waren het consumentenvertrouwen en het onderdeel ‘oordeel over het economisch klimaat’ verbeterd. Toch bleef de koopbereidheid laag. |
5 |
Iedereen heeft er belang bij dat de koopbereidheid hoog is. De overheid kan deze beïnvloeden. Ze kan natuurlijk niet de lonen van iedereen verhogen, maar er zijn wel andere mogelijkheden. |
1 |
C |
2 |
Een goed antwoord bevat de volgende onderdelen:
|
3 |
Voorbeelden van een goed antwoord zijn:
|
4 |
Voorbeelden van een goed antwoord zijn:
|
5 |
Voorbeelden van een goed antwoord zijn:
|